Ik moet wat eten.
Ik wil het gevoel hebben dat ik vol zit.
Anders kan ik niet presteren.
Daan wil over 4 maanden de halve marathon van Rotterdam lopen. Voor die tijd wil hij met hulp van de virtuele maagband 9 kilo afvallen. Maar Daan weet niet of het hem gaat lukken want hij denkt dat overgewicht in zijn genen zit.
'Hollen met je dikke uienreet!'
'Waar hoor je dat?'
'Op het schoolplein. We doen tikkertje. Ik ben hem.'
'Zeggen ze dat tegen jou?'
'Iedere dag.'
'Wat doet je juf dan?'
'Ze stuurt me naar de schoolarts.'
'Echt?''
'Ja. Ik ga met mijn moeder. Hij zegt ook tegen haar dat ik te zwaar ben.'
'Wat zegt ze dan?'
'Dat ik de genen van mijn vader heb.'
'Is hij dan uitgepraat?'
'Nee, hij zegt hij dat ik minder brood mag. En dat ze mijn brood in kleine stukjes moet snijden .'
'Hoe reageert ze?'
'Dat ik op anderhalve boterham niet kan leren. Dan maar wat voller', zegt ze.
'Gaan jullie dan naar huis?'
'Gelukkig wel.'
'En als je zo naar huis gaat, wat kun je dan achter je laten?'
'Dat ik pas kan presteren als ik vol zit.'
'Want?'
'Mijn vader had nooit tijd om te ontbijten.'